The English translation of this conversation can be found here.
Dit is een keukentafel gesprek met de persoon die al meer dan 38 jaar een prominente plek in mijn universum inneemt. Mijn broertje en Noordster, Eloi Youssef. Eloi is muzikant, vader, zoon, broer, diepe voeler, altijd bezig met het ontrafelen van ons vreemde en wonderlijke menselijke bestaan. In september gaat hij, voor de 2e keer dit jaar, op tour door Nederland, met filharmonisch orkest Kamerata Zuid en het Nederlands Kamerkoor. Begin september komt zijn eerste single onder zijn eigen naam uit.
We sprongen voor dit gesprek in een beekje en lieten het in vloeiende lijnen verlopen, organisch en vrij, over het artiestschap, keuzes maken, over nauwkeurige aandachtigheid, en het bewandelen van je eigen pad.
Y: Eloi, je gaat binnenkort een nieuwe single uitbrengen onder je eigen naam. Dat is een stap in een nieuwe richting. Hoe voelt dat?
E: Ik voel een enthousiasme. Dat is gewoon simpelweg: Wat cool, wat leuk, dit wil bewegen! Het mag helemaal precies gaan zoals het nu gaat. Ik vind het interessant om te zien waar het naartoe beweegt op het moment dat ik het vrijlaat. Het hoeft niet geforceerd klein te blijven en het hoeft ook niet geforceerd groot te worden. Wat wil de vrije stroom creëren? Ik ben constant aan het voelen wat werkt voor mij. Daar zit een kracht en een bevrijding in. De vraag is telkens weer: Waar word ik het meest enthousiast van?
Daarnaast geeft het ook een bepaald ongemak. Ik heb vaak de neiging om eigenwaarde te zoeken in hetgeen waar ik mee bezig ben. Het kan soms voelen alsof ik iets moet opofferen, iets moet weggeven van mezelf.
Y: Wat offer je op?
E: Soms voelt het alsof ik me verschuil achter de dingen die ik creëer, zodat ik mezelf op die manier waardevol kan voelen. Dus ik vind vanuit die plek pas eigenwaarde als die creativiteit vorm heeft gekregen, en ik het kan laten zien en horen. Bijna als een kind dat iets wil laten zien. “Kijk dit eens!” Ik bied mijn creaties aan zodat ik daardoor bevestiging kan krijgen dat ik goed genoeg ben. Ergens offer ik op die manier een soevereine staat op, ik offer die plek binnen mezelf op waarin die waardering helemaal niet nodig is.
Y: Dus het product wordt een soort filter. En die verkleurt als het ware het beeld van wie jij bent als compleet persoon.
E: Het is een soort avatar van mij…. Daar is een woord voor…
Y: Een simulacra, dat is een ingewikkelde term, maar dat is een kopie van het origineel – het origineel zit niet langer in de kopie. Op het moment dat die kopie gezien wordt als echt – verlies je de ultieme waarheid.
E: Ja, dat is wat het is. En in dit geval heeft dat met intentie te maken. Ik kan gewoon mijn werk laten zien zonder dat ik mijzelf daarachter verschuil. Er is iets door mij heen bewogen, dat geef ik weg, en dan is het niet meer van mij. Daar zit denk ik de grootste uitdaging in het creatieve proces. De valkuil is natuurlijk: “Ik heb dit gemaakt – kijk eens even – dit BEN ik.” Op het moment dat ik mij identificeer met dat externe product, raak ik mijzelf daarin kwijt. Daar zit een angst voor vergankelijkheid, een angst voor de dood achter: “Ik moet wel iets hebben achtergelaten.” Alsof alles in 1 leven zou moeten gebeuren. Vanuit die mentaliteit moet ik alles grijpen, alles laten zien, zodat ik zoveel mogelijk in dit leven kan maken. Een “body of work” als het ware.
Y: Een lichaam van werk, wat dan, in een soort dissociatieve, onthechte staat van zijn, ergens voortbeweegt in de wereld. Dat is natuurlijk iets wat we veel zien in onze samenleving. Dat een mens gereduceerd wordt tot een lichaam dat alleen maar werkt. Dat niet kan stoppen met produceren omdat het zo bang is stil te staan, of om waardeloos te zijn, bang voor stilte en bang voor eindigheid.
E: Ja, en voor verandering ook vaak.
Y: En tegelijkertijd ben je hier nu ook als mens om iets te creëren met je bestaan. Of je dat nou doet met heel veel intentionaliteit, of dat het vanzelf gaat; je creëert sowieso iets met je levensenergie en je aanwezigheid hier op deze planeet.
E: Ja, dat is iets waar ik veel mee bezig ben. Ik ben hier en wat door mij heen beweegt is mijn verantwoordelijkheid. Dit verdient nauwkeurige aandachtigheid! Stel, ik ga iets maken om er succes mee te behalen, om te graaien, dan zorg ik ervoor dat het precies past in een kapitalistische sound waarvan ik weet dat het overal gedraaid wordt. Maar wat creëert dat? Welke wereld houd ik daarmee in stand? En is dat een wereld waar ik achter sta? Zo van: de rest moet het allemaal maar oplossen, ik wil nu gewoon mijn eigen hachje redden.
Y: Ja, ik wil nu gewoon even veilig zijn in dit systeem….
E: Ondergedompeld. En de vraag is: Wat is het leven dat ik daarmee creëer? Dat is een van de worstelingen van deze tijd. Als je vanuit een andere intentie wil creëren kan dat soms heel eenzaam voelen omdat er gewoon nog niet zoveel momentum is. Dus de uitdaging is om dan zelf momentum te creëren in een vrijere, of minder destructieve wereld, als het ware. Een andere frequentie. Minder oppervlakkig.
Y: Kan je omschrijven wat het voor jou betekent om te werken richting een andere frequentie, vanuit de intentie om een vrijere, minder destructieve wereld te creëren?
E: Als je met twee frequenties werkt – de plek waar je uitkomt en de plek waar je heen wilt bewegen – dan zit daar altijd een dissonant in die transitie, een ruis. En de uitdaging is in eerste instantie om daar niet van weg te schrikken, en de dissonant aan te nemen.
Y: Door de dissonant heen bewegen, dat betekent dus ongemak. Het aankijken van wat er niet klopt, de pijn ervan voelen, en een andere route kiezen.
E: Ja, ik denk dat dit de valkuil is van veel vormen van spiritualiteit; dat de dissonant niet wordt aangekeken, maar dat er binnen de frequentie die er al is, wordt afgestemd. Alle lage frequenties worden weggedraaid…
Y: Oh ja, het lijkt net alsof we in een hoge frequentie zitten!
E: Ja, lekker.
Y: Alle gruizige laagte is uit de speakers weggedraaid.
E: Daar zit dus geen dissonant in. En dat is een lastige plek om weer uit te komen omdat het best fijn is. Het is heel zalvend. Maar zodra iemand dan weer even contact krijgt met een lagere frequentie gaat het mis… Doet me een beetje denken aan “The Beach” met Leonardo DiCaprio… Hij zat in zo’n perfecte commune in Thailand. En iemand in die gemeenschap kreeg een dodelijke wond. Die persoon werd een kilometer verder weggebracht en lag daar gewoon alleen dood te gaan aan zijn wond, zonder hulp. Niemand wilde het aankijken. Dat mag er niet zijn. Want dan worden we geconfronteerd met het feit dat dit “comfort” niet het complete verhaal is van de frequentie waar we nu in zitten. In de dissonant zitten betekent praktisch gezien dat je de kans hebt om een onderscheid te maken tussen dat wat je naar beneden trekt, en dat wat je energie geeft. Een kans om dingen los te laten die niet meer kloppen. Bijvoorbeeld, schermgebruik, of bepaalde voeding, destructief gedrag. Soms kan het heel lekker zijn om te scrollen op een schermpje, of eten te schransen. En daarna kan het zo moeilijk zijn om daar weer uit te komen. Alsof ik mijn lichaam in een lagere frequentie laat zakken. Dat soort dingen worden gevaarlijk snel een gewoonte.
Y: En dat geldt natuurlijk niet alleen voor je lichaam, maar ook voor je relaties, het werk wat je doet, je hele menselijke bestaan is in een vorm gegoten. En je zegt, hoe langer je in een bepaalde vorm blijft hangen, hoe moeilijker het is om daaruit los te breken.
E: Daarom heeft het die nauwkeurige aandachtigheid nodig.
Y: En in die aandachtigheid zit er een verschil tussen een rigide perfectionisme, en zoals het klinkt, een bepaalde vorm van discipline in het nemen van je eigen verantwoordelijkheid.
E: Ja, het woord discipline, daar zit het woord discipel in. Laatst hoorde ik ergens: “discipline is een discipel zijn van je eigen pad.” Dat pad is al van jou. Dus als je een discipel bent van je eigen pad dan volg je het pad wat je hogere zelf al heeft uitgekozen. Daar heb je discipline voor nodig. En soms ben je even de weg kwijt. Ik denk dat de nauwkeurigheid vooral zit in het balanceren van jezelf op dat pad, en het aannemen van alles wat daarbij komt kijken. Er zit een bepaalde zelfcompassie in het toelaten wat er wil bewegen in elk moment.
Y: Zelfcompassie is ook een mooi woord omdat het ‘t woord kompas in zich heeft. Dus dat je telkens weer terug navigeert naar dat innerlijke kompas. Carl Jung heeft daar een uitspraak over gedaan waar ik vaak aan moet denken: Als je het pad al helemaal voor je kan zien is het niet jouw pad. Dat vraagt naar je bereidheid om te navigeren in het onbekende. Dat je je eigen kompas durft te volgen naar datgene wat nog niet bestaat. De bestemming is nog niet zichtbaar. Dat is ook waar je het over had met die frequenties. Ik vind de term “het verhogen van je frequentie” soms lastig omdat het zo vaak wordt gebruikt in de spirituele hoeken om alle narigheid dan maar volledig te ontkennen, en dat werkt niet voor mij. Maar het idee is dus dat je gaat navigeren op een wereld die je geboren wilt zien worden, die nog niet bestaat, maar waarvan je wel het idee hebt dat die zou moeten kunnen bestaan. Ik heb genoeg bewijs in mijn leven om te geloven dat we hier dingen kunnen transformeren.
E: Ja. Het helpt mij om het te bekijken vanuit de diaprojector analogie. Je kan je oorsprong, je essentie, voor je zien als puur licht. Vanaf je geboorte worden er steeds meer dia’s voor die projector geschoven: dingen die je aangeleerd hebt gekregen, trauma, gedragspatronen, persoonlijkheid. Voor mij is het belangrijk dat alle dia’s los van elkaar even worden bekeken en gecheckt. Soms hebben die plaatjes een functie gehad. Soms zijn ze nog nuttig. Soms zitten ze ons heel erg in de weg. Het grote werk is om constant weer terug te bewegen naar de bron van het licht. Hoe meer dia’s met onnodige plaatjes je weghaalt, hoe lichter het wordt. Hoe meer dia’s er in de weg staan, hoe donkerder het wordt. Als je alle gruwelen in de wereld ziet in deze tijd, dan is dat licht zo geblokkeerd, dat het niet eens meer kan worden waargenomen. Dan krijg je eigenlijk datgene wat je het kwade zou kunnen noemen. Als er een spectrum is, is dat het kwaad: volledige duisternis.
Y: Het licht kan er niet meer doorheen.
E: En hoe donkerder het is, hoe moeilijker het is om dat werk te doen. Als je de dia’s niet eens meer kan zien zit je eigenlijk gevangen in de duisternis. Dat werd wel over Stalin gezegd, aan het einde van zijn leven, dat het enige wat nog menselijk aan hem was, zijn wantrouwen was. Dat is precies die duisternis. Alles wordt door duisternis gevangen. Alles wordt door volledige verstandsverbijstering, of verduistering, opgeslokt.
Y: Verstandsverduistering…
E: We zien dat nu natuurlijk heel veel in de politiek gebeurt, wereldwijd. Mensen die gevangen zitten in die duisternis. Omdat er in essentie gewoon heel veel trauma is geweest. In plaats van het aankijken ervan, en er verantwoordelijkheid voor nemen, wordt het niet bekeken en wordt de verantwoordelijkheid bij andere mensen gelegd. En daardoor krijg je polarisatie. Hoe meer licht er is, hoe minder polarisatie er mogelijk is. Want dan wordt alles gezien. Op het moment dat je iets echt kan doorzien, kan het je niet meer volledig vangen. Maar op het moment dat er geen licht meer schijnt kan letterlijk alles gebeuren. Er is geen persoonlijke verantwoordelijkheid meer.
Y: Dan is er complete chaos en vernietiging mogelijk. En dat is wat je nu ziet gebeuren op wereldschaal.
E: Ja. Als je nu de beelden ziet van oorlogsmisdaden. De pijn en destructie. Dat vind ik het meest complexe in deze tijd. Het vraagt om protest. Om revolutie.
Y: Om volledige transformatie.
E: Ik vind het daarin heel lastig, en heel belangrijk, om niet vanuit cynisme te bewegen. Vanuit die plek kan je misschien wel op de barricade staan, maar vanuit een hopeloosheid. En in frequentie ben je dan eigenlijk hetzelfde aan het creëren. Je bent dan het slachtoffer van die duisternis. En dat is ook duister. Dat is gewoon de andere kant van de medaille. Dat is nu denk ik de grootste uitdaging, om vanuit een daadwerkelijk compassievolle, liefdevolle aanwezigheid in protest te gaan. Wat ik zelf het meest ervaar is de verantwoordelijkheid om te kijken of ik ergens op dit moment daadwerkelijk iets aan kan doen, en als dat zo is, daarnaar handelen. En als dat nu niet zo is, het los te laten, en mezelf er niet door laten meenemen.
Y: En dat je vertrouwt dat er op een andere plek mensen in een positie zijn die vanuit daar wel iets kunnen doen.
E: Niet iedereen heeft hetzelfde werk te doen. Ram Dass gaf ooit een mooi voorbeeld, dat er een protest was in het oude Rome, en dat iedereen tegen Michelangelo zei: Je MOET mee protesteren! En dat Michelangelo toen zei: “Ik weet het, het is goed dat jullie dit doen, maar er zit iets in dit blok marmer waarvan ik denk dat het eruit moet…” En dat is volgens mij de mooiste analogie daarvan. Om in te kunnen voelen wat het werk is wat je te doen hebt. Daarvoor heb je wel weer de nauwkeurigheid nodig om jezelf daarin te kennen. Als het klopt voor je om naar dat protest te gaan, dan ga je. En als het niet klopt, dan ga je niet. Zonder cynisme, maar vanuit een schoonbrandende liefde.
Y: Ik denk dat dit over het algemeen best moeilijk te bevatten is. Hoe kom je daar? Hoe kom je op een plek binnen jezelf waar je de helderheid hebt om met die nauwkeurigheid de juiste keuzes te maken?
E: Ja, voor mij is dat toch om steeds weer heel aandachtig te voelen of er rust en energie zit in mijn handelen. Ik kan in de ochtend soms even kijken naar wat er in de wereld speelt. En dan kan ik op een filmpje klikken en opeens voelen; “oh, nu laat ik me weer meenemen in iets wat niet de bedoeling is voor mij op dit moment.” Dat ik onrustig word.
Y: Waar voel je dat precies?
E: Meestal voel ik dat in mijn buik. En ook dat mijn kaken gaan verkrampen.
Y: Dus je voelt een verkramping in je lichaam.
E: Ja. Wat er dan heel vaak gebeurt is dat ik dan alsnog doorga met klikken. Als ik eenmaal die eerste drempel over ben, dan kan ik ergens urenlang in vast blijven zitten. Omdat ik dan mijn innerlijke kompas heb genegeerd. Als ik wel naar mijn lichaam luister is het simpel: “OK, dat was ‘m.” En dan het liefst alle schermpjes op slot. Dat werkt voor mij het best. Om vanuit daar weer in het moment te zijn, een wandeling te maken. Dat doet me altijd goed. Even naar het park. Even buiten zitten. Dan komt ook vaak de meeste inspiratie naar boven.
Y: Dus steeds weer de hele simpele beweging van naar buiten gaan, bewegen, goede voeding tot je nemen en heel goed luisteren naar de barometer van je eigen energielichaam.
E: Er zit een soort zindering in die vorm van leven. Vertrouwen op de beweging die wil stromen. In plaats van: Ik moet nu dit! Ik heb dat ook altijd met sporten. Wanneer ik dat heel geforceerd ga doen, houd ik het nooit lang vol. Maar als ik vraag: Welke beweging klopt er vandaag? En, is er iets wat voor mij elke dag klopt?
Y: Het creëren van die zachtmoedige discipline.
E: Daar is die aandachtigheid zo belangrijk voor. Bij elke beslissing nagaan: Als ik deze handeling, deze beweging, helemaal uitteken, waar komt hij dan uit? En kan ik mezelf toestaan om een paar stappen te zetten, zonder meteen de angst te hebben dat ik de weg kwijt raak.
Y: …en dan steeds weer opnieuw kalibreren. Dat is ergens losser, of vrijer, dan tegen jezelf zeggen: Ik mag nooit meer dit, of ik moet altijd dit doen om op het juiste pad te blijven.
E: Ja, ik denk dat je met die rigide strengheid snel vast komt te zitten. Want dan durf je geen stap meer te nemen. Ik merk dat ook met muziek nu. Omdat ik daarin zo vaak stappen heb genomen waardoor ik mezelf helemaal kwijtgeraakt ben… Dat is zeker ook heel leerzaam geweest. De lessen komen op het moment dat je het pad weer hebt gevonden.
Y: Dus steeds voor jezelf helder houden wat een kloppende, volgende stap is. Zonder dat je verkrampt in de angst voor wat er in het verleden is gebeurd.
E: Ja, die verkramping is ergens natuurlijk heel logisch. Je ziet dat in de liefde ook vaak, dat mensen niet meer een relatie in durven te stappen omdat ze bang zijn dat het verleden zich gaat herhalen. En dat ze dan juist door de verkramping die ze meedragen hetzelfde creëren waar ze uitgekomen zijn… Ook daar is weer die aandachtigheid nodig om stapjes te nemen.
Y: Dat betekent dat je iets met je volledige aanwezigheid aankijkt. En het gehele plaatje aan durft te kijken. Jij bent nu op jouw pad aan het wandelen, je gaat een single uitbrengen, en je gaat in september een reprise tour doen met het orkest. Je zei net dat je enthousiasme voelt. Waar zit dat enthousiasme vooral in?
E: Er zit best een enthousiasme om mijzelf te laten zien. Dat vind ik heel fijn. En ook daar de uitnodiging om dat heel aandachtig te doen. Want “gezien worden” kan heel makkelijk overslaan in gezien moeten worden. Op het moment dat het externe doel van succes wegvalt, kan ik mijzelf gewoon laten zien op de plek waar ik op dat moment ben. Ik geef datgene wat door mij heen bewogen heeft aan de wereld. Ik probeer daar een gezonde vorm van trots en opgehevenheid bij te voelen zonder dat het weer een masker wordt dat ik op zet. Vanuit die vorm, vrij van identificatie, kan alles gevoeld en beleefd worden.
Y: Zit er een soort vreugde voor je in?
E: Ja, zeker. Het nummer wat ik nu uit ga brengen is iets wat ik heb gedroomd. Het kwam via een droom naar me toe. Ergens vind ik dat heel mooi om als eerste uit te brengen. Iets dat vanuit het onderbewuste wil bewegen. Dus het is niet iets waar ik voor ben gaan zitten, het is door me heen bewogen in een onderbewuste staat van zijn, heel organisch. Nu voelt dit als het juiste om te doen. En dan kan ik echt van die glunderende momenten ervaren. Dan ben ik bezig in de studio en denk ik: “Wow, wat leuk om dit te mogen doen!”
Y: Klinkt alsof je simpelweg in de flow van creatie bent gaan staan en iets hebt opgevangen wat door je heen stroomt. Dat is een hele pure manier van creëren.
E: Ja, de intentie van waaruit ik dit heb gecreëerd was helder en vrij. Dus dan is datgene wat eruit komt ook helder en vrij. Als ik er nu zo over praat is het natuurlijk vrij hoofdig, maar de daadwerkelijke beweging is veel kinderlijker. Enthousiast als een jongetje. Die voel ik veel sterker. Daar zit de daadwerkelijke realiteit in.
Y: De ervaring van dat enthousiasme en die energie zit in het lichaam.
E: Precies. Zo, grappig. Ik stap nu dus gewoon in de richting die in het vizier ligt. Dat is heel spannend. Vanuit helikopterview kan ik het heel makkelijk beschrijven allemaal. Maar de daadwerkelijke beweging, daar zit het leven in. Dat is een groot onderdeel van de les. Om ergens in te zitten. Om me onder te dompelen in iets. Wetende dat er genoeg interne radar is om mijn weg daarin te kunnen vinden.
Y: Welk woord geef je aan dat proces?
E: Hmmm… ik voel nu een soort “dansende richting” – zoiets? Zo’n dansende bewegende richting. Niet scherpschutterig, maar fluïde. Ik had het daar nog over met mijn vriendin. Ik ben zo’n ongelooflijk water persoon. Elk moment is ook weer anders. En alles is op gevoel, dat is mijn richtingaanwijzer. Iets wat constant shape-shift, maar wel in een bepaalde fluïde richting beweegt. De hele dag door…
Y: …fladderen.
E: Fladderen, de hele dag.
Y: Dat is ergens een heel mooi paradox. Omdat fladderen vaak iets omschrijft wat richtingloos is. Maar jij omschrijft eigenlijk dat je het fladderen gebruikt om de juiste richting te voelen.
E: Ik vind het dus grappig dat ik heel erg bang ben voor motten en vlinders… Precies om de richtingloosheid. Ik trek het niet als ik niet weet welke richting iets opgaat.
Y: Terwijl zij natuurlijk eigenlijk helemaal niet richtingloos zijn.
E: Nee. Zij hebben ook een heel fluïde pad. Het ding waar ik extern het meest bang voor ben – die richtingloosheid – is eigenlijk juist het grootste verlangen. Dat is met angsten natuurlijk heel vaak. Net als met overgave. Vroeger vond ik het helemaal fantastisch om mijzelf over te geven aan een rit in de achtbaan, en nu voel ik: “Nee, ik moet controle bewaren, ik moet zelf dat karretje besturen en precies weten hoe hard hij gaat!” De angst daarin zit hem in overgave.
Y: En dus zit de bevrijding ook in overgave.
E: Ja. Als ik dan kijk wat er nodig is om me over te kunnen geven is het in eerste instantie het durven kiezen voor kabbelend water, het loslaten van de neiging om constant in een stroomversnelling te willen zitten. Vanuit die plek is er ruimte om dingen te verwerken en te helen.
Y: Dat is denk ik een leven lang werk.
E: Ik zie daarin ook een parallel met het ouderschap. Het is levenslang, en het heeft ook heel veel aandacht nodig. Zowel aandacht bij het kind – hetgeen er door mij heen bewogen is, – als aandacht voor mijn eigen ervaring van het vaderschap. Het is niet alsof ik alleen maar volledig in dienst sta van, er mag ook iets zijn wat afgebakend mijn eigen verlangens kan blijven voelen. Een balans tussen geven en nemen als het ware. Ik zoek in allebei die dingen, het artiest zijn en het ouderschap, naar een soevereiniteit binnen mijzelf. Dus dat ik mijzelf niet volledig inlever. Eigenlijk waar we mee begonnen, dat ik mijzelf niet opoffer. Dat ik mijn tijd niet offer, maar dat ik een vrij veld creëer, waarin zowel ik als jij kunnen zijn.
Y: Ik vind het wel interessant dat het Opofferen is, als in, ik offer mijzelf leeg… en dan is er niks meer over. Dat werkt dus niet. Ik kan in dienst staan van een relatie, van creatief werk, zonder dat ik verdwijn. Dat juist door het feit dat ik er BEN – dat ik meedoe en ertoe doe – het een waardevolle ervaring wordt voor iedereen.
E: Ja. Zo kan precies dezelfde ervaring of heel vermoeiend zijn of heel vervullend zijn. Het is puur vanuit welk perspectief ik iets bekijk: “dit is iets wat me wordt aangegaan,” of “dit is waar ik voor kies.” Met slachtofferschap of met verantwoordelijkheid nemen. En ik denk dat die twee heel vaak worden verward met elkaar. Dat verantwoordelijkheid nemen ook gelijk betekent dat je slachtoffer bent van de situatie. Dat er dus geen kracht meer in zit. Maar alles verandert als je je overgeeft aan dat wat er nu is. Dat je in essentie gewoon PRECIES bent waar je moet zijn. Ik neem mijn verantwoordelijkheid omdat dit de plek is waar ik deze specifieke ervaring kan hebben. Je kan alleen maar op zoek gaan naar fijne ervaringen. Maar dan mis je een hoop. Vanuit zielsniveau, het kunnen zien van: “Wow, dat ik dit nu mag ervaren…” In alle…
Y: Absurditeit! Narigheid! Frictie! Hier is het dan.
E: Ja, zo van – WOW: Hier ben ik. Dat perspectief geeft altijd leven in elke ervaring.
Y: Ja, dat is een heel spiritueel perspectief. Want je bekijkt hem vanuit een heel existentieel oogpunt. Er zit ergens betekenis aan het feit dat je dit mag ervaren als mens. Er is ergens een diep verlangen, of bijna een diepe noodzaak, dat ik ergens wel voel dat het de bedoeling is dat ik hier iets leer, iets ervaar. Ondanks het feit dat we het allemaal echt niet precies weten, en dat we niet alle antwoorden hebben. We kunnen er wel voor kiezen om deze ervaring volledig te omarmen, en inderdaad verantwoordelijkheid te nemen, op die diepe ziels-laag, voor het mens-zijn, op dit moment, in dit leven, op deze wereld. Dat ik mag samenwerken met het leven zelf, en dat zie als een uitnodiging, hoe zwaar en moeilijk het soms ook is.
E: Ja, en ik merk bij mijzelf dat ik heel erg op zoek ben naar een bevestiging daarvan. Maar die is er niet, en die doet er misschien ook niet zoveel toe. Betekenis maak je zelf. Dat kan je vanuit spiritueel oogpunt zien als: Het bewustzijn is gewoon. En vanuit dat bewustzijn kan je betekenis creëren. Het idee dat we allemaal zielen zijn die hier steeds weer terugkomen om steeds weer nieuwe lessen te leren vanuit een ander perspectief, vind ik steeds logischer worden. Maar er zit ook iets in mij wat dan vindt dat het zo MOET zijn, vooral om een bepaalde angst weg te nemen – om betekenis te geven aan de zwaarte. Maar toch, dat ik nou net NU hier ben. In een oneindigheid die onmogelijk te bevatten is… Alsof je de staatsloterij wint en dat het hele universum mee doet. En dat iedereen precies dat lot heeft. Het idee dat dit alles is, en dat we 1 leven hebben om alles in te ervaren, dat voelt niet logisch voor me.
Y: Dat is het verhaaltje waar we in zitten natuurlijk. Dit tijdelijke gevoel van afsplitsing van de oneindigheid.
E: Deze tijdelijke ervaring, ja. Deze lineaire tijd, waarbinnen je kan veranderen, groeien, leren. Maar in principe is alles de hele tijd overal. Dat kan je je niet beseffen want je zit hier nu in dit moment…
Y: Het lot van het menszijn.
E: Het gekozen lot. Dat is niet niks!
Y: Het is zeker niet niks. Het is alles!
Kijk hier naar de lyric video van Eloi’s nieuwe single, Unbind:
Kijk hier naar de opname van Old Rain in het Concertgebouw:
Kaarten voor de reprise tour met Kamerata zuid en Nederlands Kamerkoor zijn hier te vinden:
Get notified when we post something new by subscribing to Metaphysical Mulch. Make sure to confirm your subscription in your inbox.
